Door Marc van Oostendorp
Ergens op de wereld bestaat een blogpost die 'De tekst is een inktvlek' heet. U bent die nu aan het lezen, maar waar is die tekst verder precies?
Ja, ergens in de digitale ruimte, dat is nogal wiedes. Een tekst kon natuurlijk altijd al moeilijk in de ruimte gelokaliseerd worden - je kon er altijd meerdere kopieën van vinden. Door het internet is het nog wat vager geworden. Het is volkomen onduidelijk of iemand ooit de moeite gaat nemen om, bijvoorbeeld, deze posting af te drukken. En de kopie op uw scherm is zo vluchtig dat de letters die u nu leest alweer verdwenen zijn wanneer u het einde van dit stukje bereikt hebt.
Maar met de komst van de sociale media wordt de tekst nog wat rafeliger.
Marc maakt markant misbaar over het suffix –baar
De regel die hij baart stelt dat transitieven
Zich geredelijk van –baar kunnen gerieven
'Telbaar', 'rekbaar', 'plooibaar': en toch, niet zonneklaar
Hij geeft het toe, zo zijn 'ontvlambaar', 'wankelbaar'
Gevallen die alle regelmaat doorklieven:
“Voorwaar niet transitief”, klinken daar de grieven
een suffix, ontregeld, dat is toch wel heel raar
Echter taalkundigen vinden snel regelmaat
Dat geldt ook hier, het lijkt erop dat -baar een V
Met intern argument wenst: veel uitzonderingen
Zijn inaccusatief: 'blijkbaar', 'vloeibaar'; dat gaat
Ook op voor '(zich) weren', zie maar ons1 hoofdstuk twee,
'Leefbaar' in 'geleefde stad', zo gaan die dingen.
1. Rooryck, Johan & Guido Vanden Wyngaerd (2011). Dissolving Binding Theory. Oxford University Press.